Is dit erg? De professor krijgsgeschiedenis en de geschiedenisleerkracht in de studio vinden van niet. De professor wijst erop dat een gelijkaardige test over andere vakken zoals biologie of fysica, dezelfde resultaten zou opleveren. Hij is niet verwonderd en vindt de resultaten niet dramatisch. Want, zo zegt hij, er werd hier gevraagd naar feiten en niet naar inzicht. Dit laatste wordt bevestigd door de leerkracht. We moeten niet panikeren als ze feitjes die ze net geleerd hebben, niet meer weten. Het gaat immers om een minderheid en het is belangrijker dat de leerlingen inzicht verwerven in de materie. Bovendien zouden de resultaten bij volwassenen misschien nog slechter zijn. De professor merkt even later op dat de interesse voor de geschiedenis dan weer toeneemt met de leeftijd, dus hierover zijn beide het niet eens. Er is volgens meneer de professor ook te weinig aandacht voor het fenomeen oorlog en te veel voor randfenomenen. Maar, zegt de leerkracht, conflicten spreken meer aan dan politieke structuren.
Goed. Laten we daar nu eens naar kijken en enkele bedenkingen oplijsten.
Ten eerste. In mijn ervaring zijn feitjes zoals "de klaproos" of "de IJzer" of "11 november" dingen die gemakkelijk te onthouden zijn door leerlingen en die bovendien gemakkelijke punten opleveren op een examen. Mijn medeleerlingen en -studenten waren meestal veel beter in het onthouden van dergelijke harde feiten dan in het formuleren van een tekst die inzicht in de materie tentoonspreidde. Er waren er die zonder al te veel problemen hun cursus van A tot Z konden aframmelen, maar als je hen vroeg om E in verband te brengen met K en te verklaren waarom dit leidde tot V... tja, dan waren ze gebuisd. En sommigen klaagden dat er bij sommige vakken te veel geredeneerd moest worden, "geef mij maar blokvakken".
Waarom kunnen de ondervraagde leerlingen dan deze simpele feiten niet onthouden? Omdat het tegenwoordig niet meer moet, volgens veel mensen. "Als je harde feiten wil weten, kan je het altijd snel opzoeken op internet. Het is veel belangrijker om inzicht te verwerven in de materie." De huidige studenten burgerlijk ingenieur bijvoorbeeld moesten in het tweede middelbaar de formules voor omtrek en oppervlakte van een cirkel niet kennen, ze kregen die in de opgave indien nodig. Misschien dat ze dit in latere jaren wel moesten kennen, dat kan ik niet met zekerheid zeggen. Maar zou u een gebouw, brug of auto laten ontwerpen door iemand die dergelijke dingen eerst moet googelen?
Dat brengt mij bij het tweede punt. Hoe kan je verwachten dat leerlingen, en mensen in het algemeen for that matter, inzicht hebben in een gebeurtenis als ze de bijhorende feiten niet kennen? Als leerlingen denken dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak in 1830 of 1968, kunnen ze toch de tijdsgeest niet begrijpen? Een groot conflict als dit had een jarenlange aanloop, als een emmer die langzaam gevuld wordt tot plots die ene druppel er te veel aan is. Deze hele opbouw kan je niet begrijpen als je denkt dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak voordat België erkend werd als land, of in volle Koude Oorlog. En al helemaal niet als je denkt dat Oostenrijk-Hongarije en het Duitse Keizerrijk onze bondgenoten waren... Kennis van en inzicht in de Eerste Wereldoorlog is bovendien ook nodig om ook maar iets te snappen van decennia die daarop volgden.
De opmerking van de leerkracht in de studio dat conflicten meer aanspreken dan politieke structuren, daar kan ik hem geen ongelijk in geven. Maar beiden zijn wel onlosmakelijk verbonden met elkaar. Hoe verklaar je anders dat een schietpartij in de Balkan uitmondde in een wereldwijd conflict met miljoenen en miljoenen slachtoffers?
Om te nuanceren wil ik als derde punt aanhalen dat niet al deze vragen even relevant zijn. De datums, de bondgenoten, dat zijn inderdaad belangrijke feiten om het conflict te kunnen kaderen in de geschiedenis. Weten dat de klaproos het symbool bij uitstek is, is in mijn ogen net iets minder belangrijk om de gebeurtenissen te kunnen begrijpen.
En ja, meneer de professor, bij een test over biologie of fysica zouden de resultaten waarschijnlijk gelijkaardig zijn. Maar moeten we dat daarom zomaar aanvaarden? Moeten we ons dan niet de vraag stellen wat er moet veranderen in het onderwijs in plaats van de schouders op te halen?
We mogen ook niet uit het oog verliezen dat de meerderheid van de leerlingen wél juist kon antwoorden op deze vragen. Maar hierbij moet dan weer de kanttekening gemaakt worden dat we niet op onze lauweren mogen rusten. We moeten zorgen dat deze en toekomstige generaties de feiten blijven kennen en inzicht verwerven. Feiten EN inzicht, niet enkel het ene OF het andere. Want, zoals de leerkracht in de studio zei, als de maatschappij haar geschiedenis verliest, is ze zichzelf niet meer.
En tot slot, voor de mensen die niet meer precies weten wat de directe aanleiding voor de Eerste Wereldoorlog was, is er dit fragment uit Horrible Histories: